Karel de Grote stierf op 28 januari 814 in zijn residentie in Aken, Duitsland. Hij werd begraven in de door hem gebouwde Paltskapel, de huidige Dom van Aken.
Karel de Grote was een van de belangrijkste heersers van de vroege middeleeuwen. Hij wist door voortdurende oorlogvoering rond 800 een groot deel van West-Europa te onderwerpen, waaronder het huidige Nederland. Het bezit van een enorm rijk levert hem de bijnaam ‘de Grote’ op.
Karel de Grote was een vroom christen en een groot beschermheer van de kunst en cultuur. Hij stichtte scholen en universiteiten en liet vele kerken en kloosters bouwen.
Karels dood betekende het einde van een tijdperk van grote expansie en welvaart voor het Frankische rijk. Na zijn dood werd het rijk verdeeld in drie delen, die werden bestuurd door drie zonen van Lodewijk de Vrome.