Van welke filosoof zijn de woorden Cogito ergo sum? (9) ,
De woorden “cogito ergo sum” (Latijn voor “ik denk, dus ik ben”) zijn van de Franse filosoof René Descartes. Descartes gebruikte deze woorden in zijn werk “Meditations on First Philosophy” (1641).
Descartes was een rationalist, wat betekent dat hij geloofde dat kennis alleen gebaseerd kan worden op rede en logica. Hij was ook een scepticus, wat betekent dat hij geloofde dat alles wat we weten, in twijfel kan worden getrokken.
In zijn Meditaties probeerde Descartes een zeker fundament voor kennis te vinden. Hij begon met het twijfelen aan alles wat hij wist. Hij twijfelde aan zijn zintuigen, aan zijn herinneringen, en zelfs aan zijn eigen bestaan.
Uiteindelijk kwam Descartes tot de conclusie dat hij één ding zeker wist: hij dacht. Hij kon niet twijfelen aan zijn eigen bestaan, omdat hij dacht. Als hij dacht, moest hij bestaan.
Deze conclusie, “cogito ergo sum”, is een van de belangrijkste stellingen in de westerse filosofie. Het is een fundamenteel uitgangspunt voor veel filosofische stromingen, waaronder het rationalisme, het idealisme, en de fenomenologie.
In het Nederlands wordt “cogito ergo sum” vaak vertaald als “ik denk, dus ik ben”. Deze vertaling is niet helemaal letterlijk, maar geeft wel de essentie van de stelling weer.
De woorden “cogito ergo sum” zijn een krachtige uitdrukking van het menselijk bewustzijn. Ze stellen dat het bewustzijn het fundament is van ons bestaan.